11 oktober 2019 – Gisteravond en vanochtend heb ik met veel belangstelling en ook wat angst het nieuws gekeken. De weersvoorspelling is slecht en wordt steeds slechter. En vernietigende tyfoon komt op Japan af en neemt aan kracht toe boven de oceaan. Het ziet ernaar uit dat Shikoku niet de volle laag krijgt. De voorspelling is, dat de tyfoon iets onder Tokyo het land gaat raken. Ik ben benieuwd wat de impact van deze tyfoon op mijn plannen is. Misschien moet ik morgen en overmorgen even in hetzelfde hotel blijven.
Prima wandelweer
Het weer staat in schril contrast met de weersvoorspellingen. Het is prima wandelweer: een zonnetje en nauwelijks wind. Wel is het wat frisjes hier op hoogte. De route die ik vandaag volg, zal me van Yasokubo naar tempel 10 leiden en van daaruit ga ik tegen de normale richting in terug naar tempel 1. Dat betekent dat ik de prefectuur Kagawa verlaat en weer terugkom in Tokushima. Na het ontbijt neem ik afscheid van Xavi en Martina. Ik ben benieuwd of ik hen nog een keer tegenkom. We nemen afscheid als heel goede vrienden.
Weer op weg
Net als op alle andere wandeldagen gaat mijn rugzak op de rug en mijn tempeltasje op de buik. De route naar tempel 10, Kirihata-ji, is best simpel. Hier met de weg mee de berg af. Die weg slingert een beetje en onderweg zie ik dat er hard gewerkt is en wordt om de scherpste haarspeldbochten glad te trekken. Enorme graafmachines hakken rots weg en vrachtwagens rijden af en aan met ladingen rotsblokken en grind. Op zo’n smalle weg is dat best wel eng. Als ik langs een groeve loop, zie ik dat het grind daarvandaan komt. Dat scheelt een boel vrachtwagens op de weg. En die weg wordt ook steeds breder. Dat is fijn.

In gesprek met een rijstboer
Vlak voordat ik bij Kirihata-ji aankom, zie ik een boer druk bezig om zijn rijst-combine schoon te maken. Ik groet hem beleefd en hij nodigt me uit om iets te drinken. Blijkbaar zit hij wel verlegen om een praatje. In zijn schuur laat hij vol trots een dik pak osame-fuda zien. Hij heeft ze gesorteerd per land. De mijne komt bij een paar andere Hollandse te liggen.

Holland: Anton Geesink, tulpen en molens
Als ik hem vraag hoe zijn rijstoogst is geweest, moet hij lachen. Hij wil weten waarom ik dat vraag. Ik leg uit dat voor de Japanner de rijst (gohan) blijkbaar zo belangrijk is, dat iedere maaltijd refereert aan rijst: asa-gohan voor het ontbijt, yuri-gohan voor de lunch en ban-gohan voor het avondeten. Hij moet daar erg om lachen, maar geeft wel aan dat de oogst dit jaar prima was. We praten in een mix van zijn beperkte Engels en mijn beperkte Japans. Hij wil natuurlijk weten waar ik vandaan kom in Nederland. Ik vraag hem wat hij kent van Nederland. De belangrijkste zaken zijn Anton Geesink, tulpen en molens.
Een groot compliment
Uiteindelijk praten we bijna drie kwartier over van alles wat langskomt. De henro, judo, wandelen in Japan, verre reizen maken, werken als boer in Japan. Het valt me op hoe makkelijk dit gesprek gaat. Als we samen proberen elkaar te begrijpen, komen we een heel eind. Aan het eind van het gesprek krijg ik een groot compliment: “Je bent net een kleine Anton Geesink: je hebt je verdiept in onze taal, cultuur en doet dingen die een Japanner zou moeten doen, maar vaak niet doet.” Als o-setai ontvang ik een flesje water voor onderweg.
Tempel 10, Kirihata-ji, voor de tweede keer bezocht
Het is vreemd om hier weer te zijn. Ik herinner me de tempel van de vorige keer. Alleen voelt het anders. Toen was ik nog onervaren op mijn derde wandeldag. Nu ik alle tempels heb bezocht, kijk ik met andere ogen naar de tempel, mijn ritueel gaat als vanzelf en ik beweeg me met een gemak dat ik toen niet had.
Een oude bekende

Mijn rugzak heb ik aan de straat laten staan, zodat ik die niet mee hoef te nemen alle trappen op- en af. [Je kunt je rugzak ook bij de Sumotori-ya-henroshop achterlaten, de eigenaar past er met liefde op]. In de tempel kom ik een Japanner tegen, die me aanbiedt dat ik wel bij hem in de buurt van tempel 11 kan overnachten. Ik maak een foto met en van hem en bedank hem: ik heb mijn overnachtingsplek al geregeld. Als ik hem vertel dat ik al helemaal rond ben geweest, zie ik het respect in zijn ogen. Later kijk ik mijn foto’s na en zie dat ik ook al een foto van hem heb op de heenweg; toen stond hij bij de Yoshino-rivier en gaf me o-setai.
Onervaren henro op weg helpen
Nadat ik mijn ceremonie heb afgerond, besluit ik om niet weer de stempels te halen. Dat voelt niet goed op de een of andere manier. Ik raak aan de praat met een dame uit Frankrijk en twee mannen: één uit Duitsland en één uit Denemarken. Zij heeft veel ervaring, weet van aanpakken en heeft de Deen al geholpen om de helft van zijn bepakking terug te sturen naar Denemarken: hij liep met 15 kg op zijn rug…
De trappen naar tempel 10 waren al zwaar voor hem, dus ik waarschuw hem dat hij rustig aan moet doen, conditie op moet bouwen en morgen zeker niet naar tempel 12 moet gaan. Het is beter om een dag of twee te wachten en eerst de tempels in de stad te bezoeken. De dame geeft aan, dat ze alle overnachtingsplekken al heeft geboekt en dus niet echt af kan wijken van haar schema. Ik druk haar op het hart om voorzichtig te zijn.
Van tempel 10 terug naar 9
Tegen de richting in wandelen is niet echt moeilijk op dit stuk. Omdat er best veel henro van 88 terug naar 1 wandelen, zijn er gelukkig veel routewijzers te vinden. En ik blijk me ook nog stukken van de tocht te herinneren. Dat helpt me om mijn weg te vinden. Het leuke van tegen de richting in wandelen is dat je meer henro tegenkomt. Zo kom ik een jongere Duitse vrouw tegen, die niet van me aan wil nemen dat de route naar Shosan-ji en een vernietigende tyfoon een slechte combinatie zijn. Ik druk haar op het hart bij haar overnachtingsplek te vragen of het morgen safe is om te gaan, maar ze lijkt niet overtuigt. Ik wens haar het beste toe en wandel verder.
Tempel 9, Horin-ji
Rond een uur of één kom ik aan bij tempel 9. Ik herinner me dat daar een Udon-tentje net buiten de tempel zit en ga daar eerst even wat eten. Vorige keer had ik dat lef niet, toen was alles nog zo nieuw, maar nu stap ik naar binnen en krijg al snel een heerlijke portie Udon voorgeschoteld. De eigenares vraagt of ik de tocht wandelend ga doen. We raken in gesprek en ik geef aan dat ik al helemaal wandelend rond ben geweest. Als ik wegga, krijg ik van de lieve dame ook nog een blikje drinken mee als o-setai.
Shikoku neemt afscheid van me
Het voelt alsof Shikoku me gedag aan het zeggen is. Mooie gesprekken met de locals, kleine kadootjes en aanbiedingen om vooral te blijven slapen. Wat zijn de mensen op Shikoku toch lief voor de henro!
Horin-ji, tempel 9
Terug in de tempel merk ik hoe fijn het hier is. Ik weet nog dat ik hier even moest uitpuffen toen ik er de vorige keer was. Mijn ritueel gaat weer als vanzelf en terwijl ik het uitvoer, bedank ik Shikoku voor een succesvolle afronding van mijn henro. Dat brengt me terug in het heden. Ik heb het gewoon gedaan, de henro afgerond en tempel 1 is bijna in zicht. Ik heb mijn ziel opgeladen tijdens de rituelen, mijn hoofd is opgeruimd en ik heb een conditie waar je u tegen zegt. Wat er ook op mijn pad gaat komen als zelfstandig ondernemer: ik kan het aan! En tegelijkertijd geniet ik van het contrast tussen Mark aan het begin van de tocht en de henro die ik nu ben.
De wolken pakken zich samen tussen tempel 9 en 8
Als ik tempel 9 verlaat, zie ik dat de lucht grauw en grijs aan het worden is. Het is duidelijk dat er slecht weer op komst is. Toch is het nog droog en daarom besluit ik ook tempel 8 nog te bezoeken voordat ik op weg ga naar mijn hotel Daar heb ik nog ruim de tijd voor. Als ik bijna bij tempel 8 ben, begint het te miezeren.
Tempel 8, Kumadan-ji
Ook hier voel ik me thuis. Vorige keer genoot ik ook al van deze tempel, nu voelt het nog beter. Het poortgebouw verwelkomt me en ik beleef plezier aan de wandeling van de poort naar de tempel zelf. Ook hier pak ik mijn routine weer op en doe mijn ritueel. Dit keer ook weer zonder stempels. Ik wil de tocht echt symbolisch afsluiten met de stempels van tempel 1 als het punt waarop ik de cirkel sluit. Dan hoor ik van één van de henro dat zij gisteren in Ryozen-ji een Finse pelgrim was tegengekomen die de tocht erop had zitten. Omdat ik hem zo vaak onderweg tegen ben gekomen, hoop ik dat het Löwe was. Jammer dat ik hem niet zal zien nu we klaar zijn.
Op naar het hotel Access Awa
Nadat ik klaar ben met mijn ritueel in tempel acht, ga ik op weg naar mijn hotel. Onderweg vind ik een henro-handdoekje op een plek waar die wel weggewaaid moet zijn. Ik besluit de handdoek mee te nemen, eigenlijk mag dat niet, maar hier zo in de natuur hoort hij niet. Onder het snelwegviaduct stap ik op een steen op het pad en verzwik mijn enkel. Het doet zoveel pijn, dat ik er even bij moet gaan zitten. Gelukkig blijkt er niets ernstigs aan de hand te zijn, maar zo zie je: een ongeluk zit in een klein hoekje. Aan het eind van de weg die ik nu volg, ligt een FamilyMart. Daar ga ik even naar binnen voor koffie en een bezoekje aan het toilet. Mijn volgende stop is een Marunaka om boodschappen te doen.
Een bekende in de Marunaka
De Marunaka ligt vlak bij mijn hotel. Ik wandel door de gangpaden op zoek naar mijn boodschapjes. Ik heb wat eten en drinken voor vanavond en morgen nodig. Als ik sta af te rekenen, roept iemand naar me: Maruku-san! Ik ben gespot door de rijstboer van vanochtend. Hij moet en zal me als o-setai een brioche geven: dat is zijn favoriete verwennerij. Dat is dus zijn tweede o-setai aan mij vandaag. En hij wil er niets voor terug hebben. Als ik naar buiten wandel, hoor ik een brul en zie hem in zijn auto wegrijden: hij wijst me ook nog even waar het hotel te vinden is. Wat een service!
Een vernietigende tyfoon: het weer wordt steeds slechter
Donkere wolken pakken zich samen boven het hotel. Het wordt donker, terwijl er nog uren dag over zijn. Ik ga snel naar binnen en check in. Nadat ik gedoucht heb in mijn ‘westerse’ kamer, ga ik nog even snel naar de 7Eleven aan de overkant van de straat om een magnetronmaaltijd te halen. De medewerkers daar halen de reclameborden al binnen, omdat die dreigen weg te waaien. Dikke druppels regen vallen neer.
Aan het nieuws gekluisterd
Binnengekomen zet ik de televisie aan. Er zijn alleen maar nieuwsuitzendingen. Het thema: Hagibis, een vernietigende tyfoon gaat voor veel ellende zorgen. Zorg ervoor dat je je noodpakket op orde hebt en volg de evacuatie-instructies. Snel zorg ik ervoor dat mijn wasje in een machine komt, zodat ik mijn spullen klaar heb voordat de ellende toeslaat. De baan van de tyfoon is nu duidelijk> Japan gaat de volle laag krijgen en wel een stukje onder Tokyo. Dat betekent dat we hier op Shikoku vooral met de uitlopers te maken krijgen en die zijn meestal ook heftig.
Het monster heeft een naam: Hagibis
De tyfoon Hagibis gaat een boel schade veroorzaken. Het is een heftige tyfoon, van de zwaarste categorie. Ik hoop dat Shikoku de ellende bespaard blijft. Dan warm ik mijn magnetronmaaltijd op, ga eten en kruip vroeg onder de wol. Morgen kijk ik wel hoe het ervoor staat en of ik kan gaan wandelen. Net voor het slapengaan post ik nog even een bericht op Facebook: “Voor iedereen in Nederland die zich zorgen maakt over de tyfoon in Japan; het eiland waar ik op zit krijgt alleen te maken met de buitenste ring, regen en wind. Het “vasteland” krijgt meer de volle laag.”